Radicaal luisteren – Luisteren is een radicale daad en vergt (soms) meedogenloosheid – In echt autonoom, authentiek luisteren (soms vanuit een positie van autoriteit), zodat mensen individueel en collectief kunnen groeien in hun eigen authenticiteit en autonomie (en in het respect voor de autonomie van anderen), zit in alle , zit in alle gevallen het woordje ‘au’ ingesloten …
In dit artikel lees je over wat radicaal luisteren is en hoe je kunt luisteren naar mensen die radicaal anders denken en doen dan jijzelf.
door Petra Hiemstra, 9 augustus 2024
Echt diep en gronding naar jezelf, iemand anders of zelfs onze samenleving als geheel luisteren, kan een ingrijpende zaak zijn en kan tot grote hervormingen leiden. Radicaal luisteren betekent, voor mij, de bereidheid om álles te horen, ook als dat (heel) pijnlijk en moeilijk is, of grote veranderingen met zich meebrengt.
Het valt niet mee om naar mensen te luisteren die luisteren naar een ‘different drummer’, zoals de Amerikaanse filosoof, natuuronderzoeker en essayist Henri David Thoreau eens zei:
If a man does not keep pace with
his companions, perhaps it is because
he hears a different drummer.
Let him step to the music which he hears
however measured or far away.
Het vraagt innerlijke grootsheid om mensen te omarmen die ‘anders’ zijn. Om mensen die andere waarden koesteren en die daarnaar leven, te betrekken in gesprekken en bij je organisatie. Zodat ook hun inzichten, hun spiritus, hun bezieling en hun roeping, tot z’n recht kunnen komen. Liefdevolle leiders beseffen dat ieder mens iets wezenlijks heeft bij te dragen met zijn of haar unieke talenten en visie en dat deze ook voortdurend aan verandering onderhevig zijn. Vrijwel ieder mens beschikt over een rijk innerlijk leven en vindt het fijn als daar een beroep op wordt gedaan, zoals de dichter Rainer Maria Rilke al wist. Hij schreef in één van zijn gedichten in zijn Duineser Elegien: Durch alle Wesen reicht der eine Raum: Weltinnenraum.
Met dit begrip wil Rilke ons volgens kunstenares Irma den Hartog: ‘wijzen op de onzichtbare samenhang van alle gebeurtenissen in het Universum. Op een allesdoordringende Energie die zich openbaart op de zeldzame momenten dat
iemand de Sluiers van de werkelijkheid weet af te rukken. “Inspiratie” noemen we die ervaring, waarbij we veelal vergeten dat aan Inspiratie noodzakelijkerwijs “Expiratie” vooráfgaat: een mystieke dood. Je kunt pas de Geest krijgen nadat je de geest gegeven hebt’ In het artikel Binnenruimte schrijft Rob van Erkelens in De Groene Amsterdammer van 16 september 1998: ‘Rilke wilde een eigen, persoonlijke mythe creëren, die tegenover de christelijke mythe gesteld kon worden. In het besef dat er een nieuwe tijd was aangebroken, zag hij ook een nieuwe mens ontstaan. En die nieuwe mens had een specifieke taak: “een nieuwe zingeving voor het bestaan te ontwerpen en wel door ‘verinnerlijking’ te verkondigen”.’
Grootluisteraars moeten behoorlijk present, fit, standvastig, geworteld, alert en aandachtig zijn, om obediënt te kunnen luisteren. Bestuurskundige Nikol Hopman verstaat daaronder: de ge-hoor-zaam-heid, op te kunnen brengen om zaken helemaal te nemen zoals ze zijn. Om echt ‘hineinzuhören’. Om het héle en échte verhaal te horen, hoe intens mooi, lelijk of pijnlijk ook. Ook (groei) pijn, kunnen omgaan met dualisme en discontinuïteit, zaken loslaten of transformeren door positieve desintegratie (de theorie van de Poolse psycholoog, psychiater en filosoof Kazimierz Dąbrowski) en de dood horen bij het leven, zoals schrijfster Emily Dickinson prachtig samenvatte in onderstaand gedicht:
They say that “time assuages”,
time never did assuage;
an actual suffering strengthens,
as sinews do, with age.
Time is a test of trouble,
but not a remedy.
If such it prove, it prove too
there was no malady.
– Emily Dickinson
Om werkelijk mededogen met de ander(en) te betrachten, vraagt een gesprek soms een ‘meedogenloze’ interventie. Het zeer zuiver spiegelen van gedrag of iemand een spreekwoordelijke stevige schop onder z’n kont geven, kan in mijn praktijk voor zowel mijn coachee als voor mijzelf heftig zijn.
Ooit beet ik een coachee intuïtief toe: ‘Als jij je als een geslagen hond blijft gedragen, blijf je geschopt worden!’ Ik zie nog de schrik in zijn ogen. Maar zijn gedrag veranderde wél, met bijbehorend toenemend respect vanuit zijn omgeving én hele mooie nieuwe carrièrekansen.
Ook zelf ontkom ik er niet aan dat mijn oren soms gewassen worden. Een van mijn eigen coaches zei me heel helder: ‘Petra, dat schip is gevaren!’ Hij bedoelde: je kunt wel blijven verlangen naar iets dat in het verleden anders is gelopen dan jij had gewild, maar dat gaat niet alsnog gebeuren. Pijnlijk, maar waar.
Gelukkig zijn zulke ‘meedogenloze’ interventies zelden nodig en blijken mijn coachees over veel veerkracht en incasseringsvermogen te beschikken. En natuurlijk kan ik me de angst voor zulke ingrepen goed voorstellen. Het is ook
van groot belang dat die goed ‘getimed’ worden en dat je als coach beschikbaar blijft voor reflectie en als vangnet.
De bereidheid om gehoor te geven aan wat je hoort, kan pijnlijk zijn. Het kan veel van jezelf en je naasten vergen om gewoontes, ritmes en routines te veranderen als dat is wat de ander, de situatie of de toekomst van je (of ons allen)
vraagt. Om te voldoen aan ars aequi et boni, de ‘kunst van het billijke en het goede’, opdat recht kan worden gedaan. Alleen dan kunnen we de ander de kracht en (h)erkenning geven en het inzicht verschaffen dat we ook onszelf gunnen.
Gelukkig stelt de Ierse schrijfster Marilyn Ferguson iedereen die coaching overweegt gerust én legt ze in haar boek De aquarius samenzwering de vinger op de pijnlijke plek:
‘Ieder van ons bewaakt een poort van verandering die slechts van binnenuit kan worden geopend. De poort van een ander kunnen we niet openen, noch door overreding, noch door een emotioneel appèl. Voor het individu wiens poort
van verandering zwaar bewaakt wordt, vormt het transformatieproces, zelfs bij anderen, een bedreiging. De nieuwe overtuigingen en inzichten van anderen tarten de “ware” werkelijkheid van de persoon die niet verandert: misschien moet eerst in hemzelf iets doodgaan. Dit is een angstaanjagend vooruitzicht, want onze identiteit is meer gebaseerd op onze overtuiging dan op ons lichaam. Het ego, die verzameling van scrupules en overtuigingen, vreest z’n eigen einde.
Iedere transformatie is in wezen een soort zelfmoord, het doden van aspecten van het ego om een oorspronkelijker zelf te sparen. […] Maar er is een compenserende ontdekking. Beetje bij beetje ontdekken zij die aan het transformatieproces deelnemen, het bestaan van een ondersteuningsnetwerk. […] Het netwerk is meer dan alleen maar een vereniging van gelijkgestemde personen. Het geeft morele steun, feedback, de mogelijkheid elkaar te ontdekken en aan te vullen, rust een vertrouwenssfeer en de gelegenheid om ervaringen en stukjes van de puzzel met anderen te delen.
Erich Fromms blauwdruk voor maatschappelijke transformatie benadrukte de noodzaak van onderlinge steun, vooral in kleine vriendengroepen: “Menselijke solidariteit is de noodzakelijke voorwaarde voor de ontplooiing van ieder
individu”.’
En af en toe even lachen, helpt natuurlijk ook. Een zucht geeft lucht. Hoogvliegers streven graag naar perfectie. Dat ís ook fijn. Echter, enige prutmarge maakt het leven wel wat lichter en luchtiger. Of, zoals Leonard Cohen zong in zijn
lied Anthem:
Ring the bells that still can ring
Forget your perfect offering
There is a crack in everything
That’s how the light gets in …