Het verborgen leiderschap van oudste dochters – Als oudste dochter, werd mijn aandacht gelijk getrokken toen ik het boek van Aike Borghuis voorbij zag flitsen op sociale media. De titel prikkelde en intrigeerde me. Ik herkende me vooral in mijn neiging om allerlei problemen ‘in het grotere geheel’ op te willen lossen. Aike geeft in haar boek allerlei systemische inzichten en vooral ook praktische handreikingen en vragen waarmee je zelf aan de slag kunt. In dit artikel deel ik de (voor mij) meest boeiende inzichten uit het boek, zodat je zelf kunt kijken of het ook voor jou of voor een oudste dochter in je omgeving interessant is.
boekbespreking door Petra Hiemstra, 12 juni 2023
Aike: Auteurs Lisette Schuitemaker en Wies Enthoven – beiden zelf de oudste thuis – ontdekten de vijf typische eigenschappen die alle oudste dochters in meer of mindere mate bezitten: verantwoordelijk, plichtsgetrouw, voortvarend, serieus en zorgzaam. Zij beschreven deze kwaliteiten in hun boek ‘Het oudste dochter effect‘.
Vanuit dit grote verantwoordelijkheidsgevoel kunnen oudste dochters het lastig vinden om hun werk of project los te laten en blijven zij – vaak vanuit loyaliteit naar de organisatie en team – te lang hangen terwijl ze eigenlijk toe zijn aan een volgende stap. In haar boek legt Aike Borghuis deze oudste dochter dynamiek helder uit.
Aike: “De twee vragen die mij fascineerden en inspireerden om mijn boek te schrijven waren: in hoeverre bepaalt je plek in de kinderrij je persoonlijkheid? En: heeft de plek als oudste dochter in het gezin invloed op je leiderschapskwaliteiten? Het vinden van antwoorden op deze vragen was geen eenvoudige opgave, want de context waarin een oudste dochter opgroeit, is immers voor iedereen anders. Iedere oudste dochter heeft te maken met een uniek samenspel van persoonskenmerken en opvoeding.
Zelf ben ik een oudste dochter en in mijn bedrijf werk ik gericht met oudste dochters. Ik merkte dat oudste dochters in hun werk als (project)leider, ondernemer en bestuurder tegen vergelijkbare vraagstukken aanliepen. Mijn opleidingen in systemisch werk gaven al hele waardevolle inzichten, die ik in de praktijk verder kon onderzoeken.
Je bent een oudste dochter als je het eerstgeborene kind ben van je ouders en een dochter. Je kunt ook een functionele oudste dochter zijn. De functionele oudste dochter is niet het oudste kind, maar wel de eerste dochter. Je bent dan dus de oudste dochter in het gezin. Je broer heeft de weg vrijgemaakt, maar wanneer het aankomt op ‘vrouwelijke’ kwaliteiten zijn de ogen van je ouders of verzorgers op jou gericht. Of je bent een dochter die ht ‘gat opvult’ van de oudste dochter die dat niet kan, bijvoorbeeld omdat ze een beperking heeft. Het kan zijn dat er eerdere zwangerschappen zijn geweest die geëindigd zijn in een miskraam, een doodgeboren of vroeg gestorven kindje dat onbewust van invloed is. Of misschien is het niet helder wie de ‘echte’ oudste dochter is, in samengestelde gezinnen of wanneer je geadopteerd bent. Ben je enig kind? Dan kun je tegelijkertijd dook oudste dochter zijn. je bent dan gewend om je eigen pad te ontdekken en te pionieren maar hebt geen verantwoordelijkheid hoeven dragen over broertjes of zusjes.
Ik ontdekte dat eerste publicatie over de relatie tussen oudste kinderen en leiderschap geschreven werd door Francis Galton (1822-1911), een verre neef van Darwin. Hij ontdekte dat in de wetenschap eerstgeborenen oververtegenwoordigd zijn. Zijn verklaring: oudste kinderen ontwikkelen zich zo goed omdat ze de meeste aandacht en het beste voedsel krijgen.
Recenter zijn de praktijkbevindingen van klinisch psycholoog en publicist Linda Blair in haar boek Je plaats in het gezin uit 2011. Zij ontdekte dat het eerste kind de meeste aandacht van de ouders krijgt: zij doen dit tenslotte ook voor het eerst. Het eerste kind krijgt veel individuele aandacht: het wordt aangemoedigd, gemotiveerd en gestimuleerd en ontwikkelt daardoor zelfvertrouwen. Er wordt veel tegen hen gepraat waardoor zij een grote(re) woordenschat ontwikkelen.”
Eerste kinderen zijn ook plichtsgetrouw, hebben een groot verantwoordelijkheidsgevoel en willen het goede voorbeeld geven aan broertjes en zusjes. Oudste kinderen bleken bovendien goed in leidinggeven, ze zijn prestatiegericht en perfectionistisch. Nummer twee krijgt meer ruimte om de wereld te ontdekken, is sociaal, kan bemiddelen en compromissen sluiten. Nummer drie of de jongste krijgt veel aandacht, mag vaak meer dan oudere kinderen, is populair, sociaal, makkelijk in de omgang en werkt graag samen.
Met alle mensen in een familiesysteem gaat het naar omstandigheden goed als er duidelijkheid is over een drietal systemische principes:
Aike: “Als deze natuurlijke basisprincipes stromen, dan sta jij als oudste dochter op je eigen prettige kindplek. Als één van deze natuurlijke basisprincipes verstoord is, is de kans groot dat jij als oudste dochter de balans probeert te herstellen en van je plek afraakt om ervoor te zorgen dat het goed gaat met je ouders en het familiesysteem als geheel. Je kun je dan groter of juist kleiner maken. Dit patroon kun je als volwassene onbewust meenemen in je werk, je huidige gezin, je partnerrelatie en je sociale leven. Dan moet je ‘als oudste ook altijd de wijste zijn’ bijvoorbeeld. Of je hebt het gevoel dat je altijd aan moet staan om ervoor te zorgen dat het met alles en iedereen goed gaat. Dan ‘moeder’ je over andere volwassen mensen en neem je meer verantwoordelijkheid op je dan passend is voor de functie. Ook kun je dan vaak slecht voelen wanneer iets afgerond is. Je kunt dit ook herkennen als je denkt dat je onmisbaar bent in je werk of de organisatie. Je bent onbewust bang dat de boel in elkaar klapt als jij wat anders gaat doen.
Als je je kleiner maakt dan nodig, dan heb je b.v. een hekel aan conflicten en ben je (sterk) geneigd die te voorkomen door te verbinden en te bemiddelen. Je bent sterk gericht op je omgeving en veel minder op jezelf en je eigen behoeften. Je blijft bemiddelen en meebewegen om te voorkomen dat zaken escaleren. Als volwassene reageer uit je uit de positie van het aangepaste kind en ben je steeds op zoek naar bevestiging en erkenning van buitenaf. Je grote angst is dat anderen je niet meer aardig vinden en dat je er niet meer bij hoort als je grenzen aangeeft en ‘nee’ zegt.
Belangrijke sleutels om uit dit gedrag te blijven zijn: je beseffen dat je nu volwassen bent, dat jij als mens zelf ook een systeem bent en dat je kunt leren om te leven vanuit verbinding met je intrinsieke motivatie en eigenheid. Ik noem dat: leren van binnen naar buiten.”
Aike: “Voor de oudste dochters in mijn bedrijf is het soms lastig om hun eigen leiderschap te (h)erkennen. Zij hebben in hun jeugd vaak maar weinig vrouwelijke rolmodellen als leiders gezien. In veel geschiedenisboeken werd vooral hisstory verteld in plaats van herstory: vrouwen kunnen niet zijn, wat zij niet kunnen zien. Samen werken we dan aan het formuleren van een definitie of beeld van leiderschap waarin zij zich wél kunnen herkennen. Zelf vind ik de definitie van Brené Brown mooi, die lijkt op jouw definitie van grootluisteren: “Leiderschap is het potentieel zien in mensen en ideeën en het lef en de moed hebben om dat te ontwikkelen.”
Zeker als vrouwen opbotsen tegen een glazen plafond (dat is een kunstmatige hindernis bij het innemen van topfuncties door vrouwen) of een ambitie plafond (dan hebben vrouwen grotere ambities dan hun omgeving en gaan zij nog niet voluit in hun leiderschap), hebben zij 3 keuzes:
Aike: “In mijn boek werk ik met de metafoor van de ‘Reis van de Heldin’. In mijn bedrijf zie ik namelijk evenveel socratessen op sneakers als heldinnen op SOKken. Vaak hebben vrouwen met wie ik werk last van stemmetjes in hun hoofd, die iets roepen als:
Direct gevolgd door:
SOK is een acroniem en staat voor Succes, Oordelen en Keuzes maken én de angst voor die drie dingen. Oudste dochters hebben net zoveel last van faalangst als van succesangst als ze van ‘moeten naar moed’ bewegen. Toch nodig ik hen dan uit om de angst te voelen en toch hun hart te volgen. Dan is het wel belangrijk dat zij zich omringen met mentoren, rolmodellen, een fijne partner, coaches, helpers en een fijne gemeenschap. Al deze mensen kunnen je helpen om op tijd uit te zoomen, om voor jezelf te kiezen en om eigenaarschap te nemen voor successen en mislukkingen.
Zelf heb ik ook door vallen en opstaan geleerd dat ondernemen een vak is, dat je kunt leren. En dat hulp inschakelen je ontwikkeling versnelt. Gelukkig blijkt dat de tijd, geld en energie die je moet investeren zich ook vaak terug te verdienen.”
Aike: “Zelf heb ik jarenlang een belemmerende overtuiging gehad over geld. Ik vertelde mezelf: het maakt niet zoveel uit hoeveel ik verdien, ik wil betekenisvol werk doen. Betekenisvol werk doen is belangrijk, ik maakte alleen de denkfout dat ik dacht dat ik moest kiezen: je doet betekenis vol werk óf je verdient veel geld. Je hoeft alleen niet te kiezen. Je kunt mensen helpen én goed verdienen. Als je belemmerende overtuigingen hebt over geld (en die hebben we bijna allemaal) dan is het waardevol om die te onderzoeken en om te buiten zodat je een gezondere relatie met geld krijgt. Dorothéé Loorbach zegt daarover: geld kan pas onbelangrijk worden, nadat je het eerst belangrijk hebt gemaakt. Als je goed verdient, kun je daarmee ook investeren in goede doelen waar je in gelooft.”
Aike Borghuis (1980) is eigenaar en oprichter van Stroom8 en expert op het gebied van oudste dochters, systemisch werk en leiderschap. Meer weten? Kijk dan op www.aikeborghuis.nl of op www.oudstedochter.com
Ren dan naar de dichtstbijzijnde boekhandel of bibliotheek. Uiteraard kun je het boek ook direct bestellen bij bijvoorbeeld bol.com of managementboek.nl
Anke Algera
Cathelijne Esser
Iris Schlagwein
Lisette Geel en
Marja Paardekoooper
Van harte gefeliciteerd. De animo voor dit boek was werkelijk enorm. Het boek komt naar jullie toe.